Bormio: paradijs voor wielrenners

Passo Gavia

Bormio is een paradijs voor wielrenners. Vanuit dit gezellige dorp midden in de Italiaanse bergen starten meerdere hele mooie beklimmingen waarvan de Gavia en Stelvio verreweg de bekendste zijn. Deze twee passen van meer dan 2500 meter hoogte staan dan ook al een tijdje op ons verlanglijstje. Begin september was het eindelijk zo ver: Bormio was de derde bestemming van onze zomervakantie.

Sneeuw op de Gavia

De dag dat we aankwamen in Bormio was het weer niet super. Het was druilerig, het regende en het was een beetje koud. We vernemen van de eigenaar van ons vakantiehuisje dat het de komende dagen beter wordt en daar hopen we maar op. De volgende ochtend schijnt inderdaad de zon en we gaan de Passo Gavia aanvallen.

De klim start eigenlijk direct in het centrum van Bormio, het is alleen even zoeken waar je precies de kleine straatjes van dit dorpje moet verlaten om op de goede weg terecht te komen. De eerste kilometers zijn vrij onregelmatig met uitschieters naar de 8-9%. Toch is het tot San Catarine allemaal heel goed te doen. Pas als we dit skidorp uitfietsen begint het echt. In de komende 8 kilometer volgt een serie haarspeldbochten en we stijgen snel in de hoogte. Het is opvallend rustig op deze beboste pas. Er zijn weinig fietsers, maar ook nauwelijks auto’s en motoren. Eigenlijk is het heerlijk fietsen en ook het uitzicht op de bergen met sneeuw wordt steeds beter.

panorama passo gavia

Dan laten we het bos achter ons. Op de bergwand voor ons zien we een steile weg omhoog lopen. Daar moeten we echt naar toe en dat blijkt nog best zwaar. Het is hier heel onregelmatig waarbij bijna vlakke stukken afgewisseld worden met stroken tot 13%. We hebben hier geen beschutting voor de harde wind, we zitten inmiddels ruim boven de 2000 meter en het is koud. We stoppen zelfs om een jasje aan te trekken. Dan vlakt de klim helemaal af en de laatste kilometers fietsen we door een besneeuwd landschap naar de top van de Passo Gavia. Even nog worden we opgehouden door een koe die de weg blokkeert, maar deze blijkt niet van plan zich te verroeren en we kunnen zonder problemen passeren. Op de top van de Gavia is het echt fantastisch mooi. De sneeuw van de dag ervoor is nog zichtbaar en dat maakt het landschap heel bijzonder. Ik heb altijd al eens naar de sneeuw willen fietsen, maar meestal is het te warm. Nu is dat eindelijk gelukt.

Torri di Fraele

Torri di FraeleOp dag 2 in Bormio staat de Torri di Fraele op het programma. Geen zware klim maar wel een hele mooie over opnieuw een rustige weg. Wellicht wordt de rust veroorzaakt doordat de klim doodloopt bij het Cancano meer. Het is dus heel prettig fietsen. Er zijn nauwelijks steile stukken. Soms een klein stukje van 10%, maar veelal stijgt het regelmatig met zo’n 6 a 7%. Na enkele kilometers komt er een steile rotswand met bovenop twee torens in zicht. De vele haarspeldbochten liggen hier netjes tegenaan geplakt en doen ons denken aan de klim naar het klooster van Montvernier (Franse Alpen). Ook hier volgen de bochten elkaar snel op. Dat is erg leuk fietsen want steeds zie je het dal vanuit een andere hoek. De twee torens bovenop zie je ook continue als richtpunt. Op het asfalt staat de ultimo kilometre gemarkeerd. Dit blijkt echter niet helemaal te kloppen. Na deze kilometer moet je nog twee tunneltjes door, maar dan heb je de Torri di Fraele bereikt. Vanaf de torens heb je een perfect uitzicht op de spaghetti van bochten die je net gefietst hebt.

Passo Stelvio

passo-stelvioHoewel wij de Stelvio vaak in één adem noemen met de Gavia, blijkt de Stelvio toch veel populairder te zijn. Dit hebben we gemerkt aan zowel de hoeveelheid verkeer die naar boven gaat als aan het circus dat je bovenop de top aantreft. Toch staat ook deze berg op onze verlanglijst en op de laatste dag in Bormio vallen deze pas aan.

De twintig kilometer lange klim begint midden in het centrum van Bormio en het klimmen begint dus direct. De eerste haarspeldbochten liggen al in het dorp, maar daarna slingert de weg rustig omhoog door de vallei. Na enkele kilometers krijgen de bochten ook een bordje met nummer. Je zou de bochten dus af kunnen tellen, maar ze liggen niet zo regelmatig verspreid over de klim.

In het eerste deel van de Stelvio moet je verschillende tunneltjes door. Sommige zijn heel smal en het wegdek is hier, in tegenstelling tot de rest van de klim, niet al te best. Na deze tunnelserie volgt even een heel steil stukje. Het valt niet zo op: voor het gezicht stijgt het amper, maar de fietscomputer en je benen geven aan dat het hier wel degelijk heel steil is (14%). Het duurt gelukkig niet lang.

Dan verschijnt voor ons een steile rotswand met vele haardspeldbochten. Die doet een beetje denken aan de klim naar Torri di Fraele, behalve dat het hier veel drukker is. De bochten fietsen heel prettig. Het asfalt is goed en iedere bocht vlakt een beetje af. Steeds heb je een mooi uitzicht op de vallei.


Na deze bochtenserie volgt het makkelijkste deel van de klim. Met een stijging van slechts 3-4% fietsen we rustig door de bergweiden. Het stijgt dus wel, maar het voelt aan als vlak na alle kilometers die we nu al geklommen hebben. De huisjes bij de Umbrailpas komen al snel in het vizier. We willen echter door naar de Passo Stelvio. De hele klim had ik nog nauwelijks andere wielrenners gezien, maar nu wordt ik ineens ingehaald door fietsers van een Nederlands team. Even denken we dat het team roompot is, of is het toch de Nederlandse schaatsploeg? Er rijdt zelfs een brommertje met ze mee naar boven, dat is makkelijk…

Top passo StelvioVanaf de Umbrailpas is het nog 3 kilometer tot de top van de Stevio. Hoewel het hier steiler is dan de rest van de klim, valt het ons mee. We hadden het zwaarder verwacht en in de laatste 500 meter staat zelfs iedere 50 meter aangegeven hoever het nog is. Aftellen dus maar. Op de top van de Stelvio is het een gekkenhuis. Er zijn heel veel motorrijders, fietsers en andere toeristen. Ook zijn er meerdere souvenirwinkeltjes, kraampjes waar je braadworsten kan kopen, hotels en zelfs een bank. En dat allemaal op 2760 meter hoogte. Het contrast met de Gavia is enorm. Persoonlijk vind ik die toch mooier. Het is wat minder koud dan eerder op de Gavia, maar toch had voor de afdaling een extra dik pak best prettig geweest.

Fietsparadijs Bormio

We zijn slechts drie dagen Bormio geweest en hebben lang niet alle bergen uit de omgeving beklommen. Toch is het Bormio echt een paradijs voor wielrenners. Zoveel beklimmingen relatief dicht bij elkaar. En door de afgelegen ligging ook nog heel rustig. Hier gaan we zeker terugkomen!

Gerelateerde artikelen

Hoogteprofielen

Bekijk de hoogteprofielen van de belangrijkste bergen uit onze fietstocht rond Bormio.

Dit bericht werd geplaatst in de categorie racefiets door .

Reacties

Plaats een reactie