In het spoor van Ben Hermans door de Voerstreek
5 augustus 2020Om je direct uit de droom te helpen: nee, we hebben niet met Ben Hermans gefietst. Die zouden we waarschijnlijk niet bijhouden. En voor het geval je niet weet wie Ben Hermans is? Een Belgische wielrenner uit Hasselt die in het verleden voor BMC reed en tegenwoordig bij de Israel Cycling Academy. Maar hoe zijn we dan wel in het spoor van Ben Hermans gekomen?
Dat zit zo… Vorige keer reden we op basis van Strava’s nieuwe route tool [link naar mijn andere blog!] een rondje door de Voerstreek dat was ‘voorgesteld’ door Strava. Het had zo zijn goede en slechte kanten, maar we waren dus niet helemaal tevreden over die tocht. Daarom was het zoeken naar GPX routes door de Voerstreek met genoeg hoogtemeters. Slechts met een paar klikken vonden we een aantal prachtige routes van Ben Hermans op RouteYou. Gezien hij in Hasselt woont/woonde, is trainen in de Voerstreek en Ardennen goed te doen.
Het rondje
Zo gezegd, zo gedaan. We nemen een rondje van Ben Hermans en bekijken dat nog even goed om te zien hoe het precies loopt. En ja hoor, daar heb je het al: zo’n beetje alle zware kuitenbijters die we in het gebied kennen zijn vertegenwoordigd. Dat was toch de bedoeling? Op zich wel, maar het liefst hadden we ook nog wat meer gematigde, langere klimmen.
Maar als het er niet in zit, dan gaan we deze doen!
De klim naar Les Waides haal ik wel even uit het rondje, want die hebben we al zo vaak gedaan, daar kunnen we wel zonder. Daarnaast knippen we het stuk van en naar Hasselt eraf, wij gaan in Mesch beginnen. Tot slot, we willen graag de klim naar Ulvend vanuit Sint-Martens-Voeren doen en dus voegen we Kwinten toe. Zo komen we op een rondje van een kleine 80 kilometer. Dat is nog niet helemaal genoeg en dus pakken we nog een tweede rondje, deze wel via Strava’s route tool om het nog een kans te geven. Hieronder een impressie van de route.
Het lijkt wel alsof we alleen maar heen en weer hebben gereden, maar we hebben, op de klim van Rullen Brabant na, geen stukken dubbel gereden (in elk geval niet dezelfde kant op).
Maar goed, hoe verliep dat rondje dan precies?
De eerste heuvels
Na de start in Mesch, wederom vanaf de parkeerplaats aan de Langstraat, rijden we zo snel mogelijk de grens met België over om in ‘s Gravenvoeren uit te komen. Dan lekker warm draaien tot aan Sint-Martens-Voeren alwaar dus dat klimmetje naar Ulvend op ons wacht. Voor ons uit gaat een drietal met wat meer snelheid deze klim op. Boven zien we ze toch nog want er is een probleem met één van hun fietsen. Aan de Nederlandse zijde dalen we af tot Noorbeek en wordt ik bijna van m’n fiets gereden door een auto die blijkbaar niet verwacht dat er op dit tijdstip (zondagochtend half 10) al ander verkeer is. Het loopt gelukkig goed af. Vanuit Noorbeek pakken we de vrij onbekende klim Schey, die behoorlijk steil begint, maar daarna een stuk makkelijker wordt. Boven zijn we weer op de grens en dalen we weer af naar Sint-Martens-Voeren. Tot zover ons eigen lusje. Kom maar op Ben met jouw route!
Ben’s route
We rijden door richting Veurs en krijgen daar de klim van Krindaal-de Plank voor de kiezen. Regelmatig en ook weer erg lekker om erin te komen. Zo’n 6% gemiddeld over een brede weg met zelfs 2 haarspeldbochten. Je waant je direct echt in het buitenland! Bovenaan rijden we een stukje over de drukke N648 (die op dit tijdstip rustig is). Bij brasserie Het Rode Bos slaan we af om eens lekker te dalen. Helemaal tot Teuven, waar we langs moeder de Gans komen en de heerlijke (speciaal)bieren al in het zicht krijgen. We moeten echter door. Even later staan we aan de voet van het Bovenste Bos. Er zitten een paar andere toerfietsers achter ons en ik voel me opgejaagd genoeg om zo snel mogelijk naar boven te rijden. Met een nieuw PR tot gevolg. Ik wist niet dat er hier zo mooi asfalt lag, maar dat blijkt er al minstens twee jaar zo bij te liggen zien we later.
Dan volgt de afdaling over beroerd asfalt, langs het kasteel van Beusdael en het hupje op om in Sippenaeken te komen. Hier hobbelt de weg wat en hebben we even een soort rustmoment. De volgende beklimming dient zich een paar kilometer verderop pas aan en is bovendien een malse. Het betreft de klim van Sippenaeken naar Hombourg. Nergens echt moeilijk en lekker rustig, genieten van het uitzicht dus maar! Nadat je door de spoorwegtunnel bent gereden krijgen we nog wel even 6% onder de wielen maar dan zijn we boven.
Nieuwe hellingen
Dan rijden we verder door een voor ons onbekend gebied. We komen in Montzen en daar is zowaar een kermis in voorbereiding. Voor het viaduct slaan we rechts af op een onbekend weggetje (andere wielrenners gaan hier allemaal rechtdoor, weten zij wat ons hier te wachten staat?). Dat weggetje is eerst nog prima, we hebben wel de wind wat tegen. We rijden hier op de Kinkenweg die qua wegdek steeds slechter wordt. We komen ook meer in de wind te rijden tussen de boerderijen en weilanden terwijl de weg hobbelt. Voor me uit zie ik twee mensen fietsen en er komen toch nog een paar andere wielrenners me tegemoet. Dan is daar opeens een bos en de weg schiet omhoog. Het wordt donker en erg steil. Ik heb ook geen idee hoe lang dit zal duren dus schakel ik lekker terug en dan gaat het prima. De Kinkenweg is dus een alternatieve route om in Henri-Chapelle te komen. Op het wegdek na is het een prima klim want weer lekker rustig!
In Henri-Chapelle (of is het Hendrik-Kapelle?) pakken we voor een klein stukje de toch wel drukke N3, maar we moeten richting Aubel en dat kan waarschijnlijk alleen zo. Gelukkig mogen we er na anderhalve kilometer al af en dan krijgen we toch een prachtige afdaling (Val de la Berwinne) die we ook nog wel eens op moeten rijden zou ik denken. De route gaat verder richting Aubel met nog een klein hupje in Bach/Raer.
Berg Clouse
En daar is ie dan, de start van berg Clouse. Die had ik ook uit het rondje gehaald maar we hebben er zin in en gaan deze zware kuitenbijter toch doen. Wat is het toch een smal straatje. Aan het begin is er nog nauwelijks te spreken van een klim, maar na de boerderij (ja, er wonen hier mensen) wordt het steil en dan supersteil. Er schiet me een gedachte binnen: als er nu een auto naar beneden komt dan moet ik van de fiets, maar er rijdt hier toch nooit iemand. Nu inderdaad even niet. Leonie staat boven op me te wachten en maakt foto’s. Dan komt er een auto die afslaat en naar beneden rijdt. Er rijden toch wel degelijk auto’s hier zo blijkt.
Het is niet echt warm en het waait best stevig. We krijgen het koud maar er moet even gegeten worden. En dan door over de drukke N612/N608 richting Hagelstein. Bij kasteel Magis mogen we er weer af en dalen we over heerlijk asfalt helemaal tot aan Sint-Pieters-Voeren. Hoewel, daar is de afslag naar Rullen-Brabant en die gaan we ook doen. Weer zo’n pittige kuitenbijter met een steil middenstuk van ruim boven de 10%. Maar het duurt nooit echt lang en dus is het wel te doen. We hebben tenslotte een bergverzet, nietwaar!
Abdij van Val Dieu
Bovenaan slaan we linksaf en zitten we weer even op de N608. Met wind mee gaat het hier wel soepel en makkelijk en even later gaan we alweer dalen. Een heerlijke afdaling naar Saint-Jean-Sart (of is het Sint Jansrade?) volgt en onderaan slaan we rechts af om het nieuwe asfalt naar de abdij van Val Dieu te volgen. Hier stoppen we even voor een broodje.
Normaal gesproken gaan we dan rechtdoor op de Holliguette. Maar nu niet, we slaan linksaf en na een paar honderd meter krijgen we er weer eentje, een echte muur wel te verstaan, de Mur de Grises Pierres. Sleurend aan het stuur trek ik mezelf omhoog over deze strook van ruim 16%. Gelukkig is het ook nu kort, maar 300 meter boven de 10% gaat op een gegeven moment toch tellen! Boven rijden we door een mooi weidegebied alvorens we weer afdalen. Ongemerkt zijn we op de top van het bos van Mauhin gekomen en deze afdaling, met zijn bijna haakse bochten kennen we wel! Lekker naar beneden. Onderaan is het oversteken en beginnen aan Les Waides. Tenminste, het eerste stukje. Want waar Les Waides naar rechts afslaat, gaan wij links voor de klim van Les Fechereux, dwars door Neufchateau, helemaal tot aan de Rue du Colonel, waar de grote tank uit de Tweede Wereldoorlog nog staat.
Via La Heydt dalen we dan af naar Warsage en ‘s Gravenvoeren en zo staan we na een kleine 80 kilometer weer bij de auto. We hadden een koude fles water in de auto achtergelaten en die komt nu goed van pas. We gaan dus nog voor het extra lusje van zo’n 30 kilometer.
De tweede lus
Dit rondje begint met de beklimming van de Heiberg vanuit Mesch. Deze valt na alle gedane arbeid zwaarder dan normaal. Aan het eind passeer ik een meisje op een huurfiets met een heel zwaar verzet die dapper door blijft trappen, chapeau! Boven hobbelt de weg nog een beetje door richting Libeek en Moerslag en we worden ingehaald door een grote groep studenten uit Delft. Grappig, daar heb ik ook gestudeerd! Verderop rijden we langs de traditionele startplek van de Mergelheuvelland 2-daagse en vragen ons af of die door zal gaan dit jaar (nee, die blijkt ook geannuleerd te zijn). Het is er rustig en we rijden gauw door richting Mheer via de Rondelenstraat die ook pittiger is dan normaal. Het is behoorlijk druk aan deze kant van de grens. Dat merk je pas echt als je eerst een paar uur aan de Belgische kant hebt gereden. Na Mheer komen we in Noorbeek en daarna moeten we over de Wolfsberg (kort maar steil) tot aan de grote kruising boven bij Hoogcruts. Daar heeft de route bedacht dat we een behoorlijk stuk langs en over de drukke weg moeten rijden tot we weer bovenaan op de Plank terecht komen. Niet ideaal, maar ja, zo kom je er wel snel.
Opnieuw Rullen – Brabant
We dalen deze klim die we vanmorgen nog hebben beklommen af en daarna rijden we door tot Sint-Pieters-Voeren. De weg gaat hier op en neer zonder dat er echt sprake is van een heuvel, maar daar is ie weer: Rullen-Brabant. Die kennen we nu wel, maar er ligt een hongerklop op de loer dus nog gauw even een mueslireep naar binnen werken. Het steile stuk voelt nog wat steiler. Ik moet er niet aan denken om deze klim 25x te fietsen zoals ik eens deed met de Cauberg.
Bovenaan gaan we nu rechtsaf en zo komen we weer in Neufchateau. We dalen af langs de tank en slaan bij de grote weg beneden scherp rechtsaf. Vanaf hier rijden we eigenlijk alleen nog over de grote weg en dat is weer zo’n nadeel van Strava’s route tool. Enerzijds schiet het zo wel lekker op, maar ik had (met de route kennis die we na twee keer fietsen door deze streek) wel een mooier alternatief kunnen bedenken. Maar goed, het is niet anders en we rijden eerst tot aan Mortroux op de N648. Dan slaan we rechtsaf en moeten we nog een keer omhoog langs de grote weg tot aan Bombaye. Daarna worden we verwend met een snelle afdaling tot Berneau en dan rijden we binnen korte tijd de grens weer over en komen we in Withuis uit. Nog een keer rechts en dan staan we weer bij de auto. Moe en voldaan zoals ze dan zeggen en het klopt echt!
Dit bericht werd geplaatst in de categorie racefiets door Pim Hooghiemstra.
Reacties
Plaats een reactie